Tim Trenson
Kunst met de k van kut
Zijn werk tast niets af en zoekt geen grenzen op.
Hij stelt geen vragen.
Hij beantwoordt er ook geen.
Verwacht van hem geen statements.
Aan kwetsbaarheid heeft hij geen boodschap.
Zijn schilderijen ontstaan niet. Hij schildert ze gewoon zelf, in zijn atelier. Te midden van een rookmachine, twee boxen en een lichtorgel. Daar beslist hij of er een verkeerskegel, een ijshoorntje, een puntmuts, een frietzak of een toeter op zijn doek zal verschijnen. Een douchekop of een zoutstrooier. Een kraan of een een kurkentrekker. Een barkruk of een rioolbuis. Een halve snor of een komma. Schubben, druiven of veren.
Een monoloog, geen dialoog.
Hij loopt rondjes en hoest.
Jarko Zijlstra, Sint Gillis 2021
DE ARTISANALE ABSTRACTIE VAN TIM TRENSON
Tim Trenson heeft de tekenhandeling altijd gelijkgesteld aan zijn schilderkunst. Voor hem is tekenen een ingewikkelde, tijdrovende en onafhankelijke onderneming. Net zoals zijn schilderijen het ongemakkelijke karakter van zijn uitbundige vormtaal tonen. Hij bouwt zijn schilderijen al tekenend met de grove borstel op, laag voor laag. Soms voorzichtig en bedachtzaam, soms onbezonnen en roekeloos.
Trenson maakt werk dat niet helemaal abstract is. Wanneer verwijzend naar de herkenbare elementen in zijn werk, geeft hij de voorkeur aan het woord figuratie boven representatie. Wellicht herkennen we een lichaam of een interieur, vaak alleen maar de suggestie ervan.
Het belangrijkste aspect is zijn bezorgdheid over de kwestie van prioriteit. Eerst kleur of eerst vorm? Figuur of houden we het bij een borstelveeg? De werken van Trenson vertegenwoordigen zowel aanwezigheid als afwezigheid. Het zijn ogenschijnlijk nerveuze werken met een hoge dosis aan psychologie. Het zijn schilderijen die zich al kijkend uitleven.
Fred Michiels, Tamines 2020
STOVEN BOB
Belgen die zich voorstellen zeggen vaak eerst hun achternaam, dan pas hun voornaam. Dat is er vroeger op school zo ingehamerd waarschijnlijk. Het heeft iets militairs, je schiet ervan in de houding. Tegelijkertijd werkt het soms aangenaam verwarrend.
Dewilde Maggy. Sergeant Willy. Destaercke René.
Stoven Bob is een winkeltje in de Marollen. Het ziet eruit als een uitdragerij. Maar je koopt er enkel stoven. En de uitbater heet Bob.
Vuiligheid warmte wanorde romantiek koude nostalgie, in gietijzer gegoten. De gietijzeren verwarring van Stoven Bob vindt zijn weerslag in het werk van Trenson Tim.
Trenson Tim. Dat klinkt als een cowboy. Calamity Jane. Buffalo Bill. Pistol Pete.
Een paar jaar geleden zit ik aan de bar in Tim's saloon. Uit de boxen knettert iets hards en alternatiefs uit de jaren '80. Het is al laat en ik maak me zorgen over de buren, hoewel het mijn buren niet zijn. Het houdt Tim niet bezig. Hij loopt achter me langs, struikelt en valt voorover, met zijn hoofd op een poef, in een rare haakse houding. Alsof hij zo uit een tekenfilmpje is gestapt. Even blijft hij zo, omgekeerd, hangen. Dan komt hij overeind, trekt zijn holster recht en waggelt onbekommerd verder.
Als ik een schilder was geweest had ik er een schilderij van gemaakt. Een schilderij met een winkelhaak, een poef en een omgevallen krukje, een uitgestippelde waggelroute, een verdwaalde poedel, een poor old horse. Maar ik ben geen schilder, dus dat laat ik aan Tim zelf over.
Tim is een realist, hij schildert naar de werkelijkheid. Zijn eigen werkelijkheid. Dat wel.
Jarko Zijlstra, Sint Gillis 2019
Tim Trenson (1966, Asse, België) woont en werkt in Brussel. Master in animatiefilm (1989) aan KASK Gent. Bachelor schilderkunst (2018) aan ABKA Anderlecht.